Hoe groen zijn zorgterreinen?

Hoeveel hectare terrein hebben zorginstellingen in Nederland? Hoe groen zijn ze en hoe liggen ze ten opzichte van natuurgebieden? Op verzoek van het Domein Gezondheid van het Collectief Natuurinclusief hebben wij hier onderzoek naar gedaan.

Lees het onderzoek op CollectiefNatuurinclusief.nl

Belangrijkste conclusies

  • Het oppervlak van alle zorgterreinen in Nederland bij elkaar is ruim 50.000 hectare. Dat is iets meer dan de hele omvang van het Waddeneiland Texel. Of de helft van alle bedrijventerreinen in Nederland samen.
  • De gehandicaptenzorg (GHZ) heeft het grootste oppervlak aan terreinen. Daarna de ouderenzorg, de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) en ziekenhuizen. 
  • De GGZ-terreinen komen als het groenst uit de bus. Gemiddeld is 60% van de GGZ-terreinen groen. Een terrein is groen als dit op de topografische kaart van het Kadaster is beschreven als grasland, plantsoen of bos.
  • Van de onderzochte zorgterreinen liggen er veel dichtbij een natuurgebied. Zo’n 60% ligt binnen 500 meter van een natuurgebied. Ruim 40% ligt zelfs binnen 250 meter. Dit zijn vooral grote terreinen van GGZ-instellingen. Deze liggen meestal aan de rand van bebouwd gebied buiten de Randstad. 
  • Ziekenhuisterreinen zijn het minst groen. Ziekenhuizen hebben veel verhard terrein. Dat komt omdat zij veel parkeerplaatsen nodig hebben en ruimte voor verkeersstromen. 

Waarom dit onderzoek?

Het Collectief Natuurinclusief wil in de komende 3 jaar minstens 10% van de zorgterreinen groener maken. Groene zorgterreinen versterken de gezondheid van patiënten, zorgmedewerkers, buurtbewoners en de natuur. Dankzij het onderzoek is een beter beeld ontstaan van de mogelijkheden die er liggen om deze terreinen te groener te maken.  

Wat is het KIK-percentage in maart?

In dit bericht laten wij u maandelijks de KIK-percentages zien van de afgelopen maand. Dit maal staan de percentages van de maand maart 2024 centraal. Ter vergelijking ziet u in het overzicht ook de cijfers van het hele jaar 2023. Zo krijgt u een beeld hoe het KIK-percentage zich ontwikkelt. 

KIK in het kort

KIK staat voor Ketenintegratie Inschrijving Kadaster. Dankzij KIK gaat het akteproces automatisch. We bieden steeds meer KIK-modellen aan waardoor de mogelijkheden met KIK steeds groter worden.
Door akten met KIK aan te bieden kunt u veel tijd besparen en inschrijvingskosten voor uw klanten verlagen. Het Kadaster biedt steeds meer KIK-modellen, waardoor de mogelijkheden met KIK steeds groter worden. 

  

Percentage van het totale aktenaanbod: akten aangeboden met KIK per maand

In de grafiek 'Percentage KIK aanbod per maand' ziet u hoe het KIK-percentage zich in 2023 heeft ontwikkeld. De percentages schommelen tussen de 41% en 47%. 

In de grafiek ziet u ook de vergelijking tussen maart 2023 en maart 2024. In maart 2023 was het KIK-percentage 43% van het totale akten aanbod. In maart 2024 is er een stijging van ruim 2% zichtbaar en staat het KIK-percentage op 45%.
 

Het percentage aangeboden akten met KIK was in maart 2024: 45%. In 2023 was dit 43%.
Grafiek 1. Ontwikkeling van het KIK-percentage over 2023 en maart 2024
Open toegankelijk ods-bestand met data van grafiek 1, 2 en 3.


Percentage van het totale KIK HYP3 aanbod per maand

In de grafiek 'Percentage KIK HYP3 aanbod per maand' ziet u hoe het KIK HYP3-percentage zich door 2023 heeft ontwikkeld. De percentages schommelen tussen de 47,3% en 51,6%. 
U ziet ook de vergelijking tussen maart 2023 en maart 2024. In maart 2023 was het KIK HYP3-percentage 49,9% van het totale akten aanbod. In maart 2024 is er een stijging van 1,5% zichtbaar ten opzichte van maart 2023 en staat het KIK-percentage op 51,4%.

In maart 2024 is het KIK-percentage 51,4%. In maart 2023 was dit 49,9%.
Grafiek 2. Ontwikkeling van het KIK HYP3-percentage over 2023 en maart 2024.

Percentage van het totale KIK HYP4 aanbod per maand

In de grafiek 'Percentage KIK HYP4 aanbod per maand' ziet u dat de KIK HYP4-percentages in 2023 schommelen tussen de 35,8% en 43%. In maart 2023 was het KIK HYP4-percentage 37,8% van het totale akten aanbod. In maart 2024 was dat 38.9%. Dat is een stijging van 1,1% ten opzichte van maart 2023. 

In februari 2024 was het KIK HYP4-percentage 39.7% van het totale aktenaanbod. In februari 2023 was dat 38%
Grafiek 3 Ontwikkeling van het KIK HYP4-percentage over 2023 en maart 2024. 

Meer informatie

  • Het laatste nieuws over KIK vindt u in onze nieuwsbrief. Meld u aan voor de Nieuwsbrief Notariaat.
  • Hebt u vragen over het aanbieden van akten met KIK en de mogelijkheden? Neem dan contact op met het meldpunt Notariaat. Dit kan telefonisch via 088 - 183 3500 of met het contactformulier.

Na deze webinar kunt u aan de slag met eHerkenning

Voor wie en wanneer wordt inloggen met eHerkenning verplicht? Welke stappen moet u nemen om eHerkenning te kunnen gebruiken? Dat en meer bespreken we tijdens de gratis webinar eHerkenning. We geven deze webinar meerdere keren. Meld u snel aan om zeker te zijn van een plek.

Aanmelden is niet meer mogelijk.

 

Dit bespreken we tijdens de webinar

  • Wat is eHerkenning?
  • eHerkenning bij het Kadaster
  • Starten met eHerkenning
  • Waar vindt u meer informatie?

Tijdens de webinar zitten onze experts klaar om vragen te beantwoorden via de live chat. 

Terugkijken wanneer het u uitkomt

Meldt u zich aan voor de webinar? Dan sturen wij u achteraf de opname. 

Meer informatie over eHerkenning

Per 1 juli is het verplicht voor (1e) beheerders van Mijn Kadaster en de gebruikers van een aantal diensten in Mijn Kadaster om in te loggen met eHerkenning op EH3-niveau. Ook voor diverse Kadaster webservices wordt dit verplicht. Met eHerkenning kunnen ondernemers en hun medewerkers veilig inloggen bij diverse overheidsdiensten. Meer informatie vindt u op de pagina eHerkenning.

Voordelen van eHerkenning

Tip: Michel Körnmann, product owner basisregistraties bij Rijkswaterstaat, vertelt over zijn ervaringen met eHerkenning. En hij deelt 3 handige tips voor het beheer.
Lees zijn tips in het interview.

Hebt u nog vragen?

Voor vragen over het Kadaster en eHerkenning neemt u contact op met uw relatiemanager of onze klantenservice. De medewerkers van de klantenservice zijn bereikbaar via telefoonnummer (088) 183 60 30 of via het contactformulier. Houd uw klantnummer bij de hand. Dan kunnen wij u sneller helpen.
 

Testomgeving BAG API sluit op 2 april

Op 2 april 2024 sluiten wij de testomgeving van BAG API. Wij kunnen de stabiliteit van de BAG API namelijk ook zonder testomgeving garanderen. Dit komt onder andere door het instellen van de beperkende maatregelen op het gebruik van de BAG API Individuele Bevragingen in 2022. 

Wat betekent dit voor u als gebruiker van de testomgeving?

We adviseren u om uw software aan te passen zodat u gebruik kunt maken van de productieomgeving van de BAG API. Bij de aanmelding voor de BAG API heeft u een API key ontvangen voor zowel de testomgeving als voor de productieomgeving. Zorg dat u na 2 april in uw software de API key voor de productieomgeving gebruikt. 

Vragen en hulp

Hebt u vragen of hulp nodig bij het toegang krijgen tot de productieomgeving? Neem dan contact op met de klantenservice via 088 – 183 34 00 of via dit contactformulier.

Overleden, maar nog steeds een woning op naam

260.000 overledenen staan in onze registers nog als rechthebbende van een woning. Dat kan nadelig zijn voor de nabestaanden als ze een huis erven en willen verkopen. We vragen een notaris en een bewaarder van het Kadaster waarom.

Overleden en toch nog rechthebbende van registergoed

De kadastrale registratie laat zien wie welk recht heeft op een zogeheten registergoed, zoals een woning. De registratie kan alleen worden gewijzigd via inschrijving van een officieel stuk, vaak een notariële akte. Bewaarder Jacques Vos: “Wanneer iemand overlijdt, vererft een woning vaak binnen de familie. Als de erfgenaam dan niet bij het Kadaster wordt geregistreerd als rechthebbende, blijft de overledene dat.” 

Zonder duidelijkheid over de rechthebbende kan een woningverkoop vertraging oplopen of zelfs afketsen.

Jacqueline Siem A Sjoe-Erdkamp - notaris bij Notarishuys Veldhoven

Vervelende situaties

“Zonder duidelijkheid over de rechthebbende kan een woningverkoop vertraging oplopen of zelfs afketsen”, zo legt notaris Jacqueline Siem A Sjoe-Erdkamp van Notarishuys Veldhoven uit. “En een bank verstrekt een hypotheek alleen aan de geregistreerde rechthebbende.” Vos vult aan: “Overheden lopen mogelijk miljarden aan heffingen mis, omdat ze niet de juiste personen kunnen aanspreken. Ook bestaat de kans dat criminelen misbruik maken van die onduidelijkheid.”

Oproep: controleer of overledene een registergoed op naam heeft

Notaris Siem A Sjoe-Erdkamp roept haar collega’s op: “Controleer bij een overlijden altijd bij het Kadaster of de overledene een registergoed op naam heeft. Als dat zo is, adviseer de erfgenaam dan meteen een Verklaring van Erfrecht in te schrijven. Zo kan bij een overlijden meteen de juiste erfgenaam worden geregistreerd. Inschrijven bij het Kadaster kost niets. De erfgenaam betaalt altijd notariële kosten voor de verklaring, of het nu meteen na overlijden is of bij verkoop van de woning. Hoe langer je wacht, hoe groter de kans op hogere kosten vanwege uitgebreider erfgenaamonderzoek.”

Onderzoek naar erfgenaam

Het achterhalen van erfgenamen kan lang duren, weet de notaris. Zeker als er geen testament is. “Soms is de erfenis versnipperd over tientallen familieleden of zijn erfgenamen overleden. En soms weten de erfgenamen het zelf ook niet precies. Zo deden we onlangs een onderzoek voor een weduwe met 2 kinderen. De overledene bleek nog 2 juridisch erkende kinderen te hebben bij een andere vrouw.”

Maatschappelijke taak: kloppende registers

De oproep past ook bij de initiatieven van het Kadaster om zijn registratie steeds preciezer een weergave te laten zijn van de werkelijkheid. Notaris Siem A Sjoe-Erdkamp besluit: “Het is onze gemeenschappelijke taak hiervoor te zorgen. Het vergroot de rechtszekerheid.”

Meer informatie

Lees meer op de pagina Europese verklaring van erfrecht.

Terzake

Dit artikel komt uit het Kadastermagazine Terzake van maart 2022.

Kwartaalbericht agrarische grondmarkt, 2019 - 1e kwartaal

Landelijk overzicht

De gemiddelde agrarische grondprijs in Nederland is in het 1e kwartaal van 2019 uitgekomen op € 63.000 per ha. Dat is 3,4% lager dan de prijs van € 65.200 in het 4e kwartaal van 2018 (figuur 1), maar 3,4% hoger dan de gemiddelde prijs van € 60.900 per ha over heel 2018. 

Overzicht Landsdelen

Kwartaalbericht agrarische grondmarkt, 2019 - 1e kwartaal

Prijzen van bouwland en grasland De gemiddelde prijs van grasland is in het 1e kwartaal van 2019 met bijna 3% afgenomen: van € 59.700 (4e kwartaal 2018) tot € 58.100 per ha (figuur 1). Die prijs is 4% hoger dan de gemiddelde prijs van € 56.000 per ha over heel 2018.  Ook de gemiddelde prijs van bouwland is in het 1e kwartaal van 2019 lager dan in het 4e kwartaal van 2018: € 72.000 per ha tegen € 73.800, een afname van ruim 2%. Afgezet tegen heel 2018 – gemiddeld € 68.900 per ha – ligt de gemiddelde prijs van bouwland in het 1e kwartaal ruim 4% hoger. De gemiddelde prijs van snijmaisland is in het 1e kwartaal met bijna 4% gedaald tot € 63.200 per ha. Dit grondgebruik is niet afzonderlijk in figuur 1 opgenomen, maar is onderdeel van het totaalcijfer van landbouwgrond.

Figuur 1. Prijs (€/ha) onverpacht gras- en bouwland en totaal (gras-, bouw- en maisland samen), 2016Q2 -2019Q1 (per kwartaal). Er is een piek te zien bij Bouwland in 2017-Q3.

Figuur 1. Prijs (€/ha) onverpacht gras- en bouwland en totaal (gras-, bouw- en maisland samen), 2016Q2 -2019Q1 (per kwartaal)
Bron: Kadaster/RVO.nl/Wageningen Economic Research.

Grondmobiliteit

In het 1e kwartaal van 2019 is 18% minder grond verhandeld dan in hetzelfde kwartaal een jaar daarvoor, respectievelijk 8.100 ha en 9.900 ha. Gemeten over de laatste 4 kwartalen (2018Q2 tot en met 2019Q1) is in totaal 33.900 ha grond in andere handen overgegaan, dat is 4% minder dan de 35.300 ha in dezelfde periode een jaar eerder (2017Q2-2018Q1). De relatieve grondmobiliteit – het verhandeld areaal afgezet tegen het totaal areaal landbouwgrond – over de 4 laatste kwartalen bedraagt 1,9%.

Een vergelijking van de grondmobiliteit met die in het voorgaande kwartaal is niet zinvol door het seizoenspatroon met weinig transacties in het 3e kwartaal.

Figuur 2 Grondmobiliteit (ha) agrarische grond in Nederland, 2016Q2-2019Q1 (per kwartaal). Kunt u deze afbeelding niet bekijken? Neem contact op met de klantenservice op telefoonnummer 088-183 22 00. Zij zijn u op werkdagen van 09.00 tot 17.00 uur graag van dienst.

Figuur 2. Grondmobiliteit (ha) agrarische grond in Nederland, 2016Q2-2019Q1 (per kwartaal)
Bron: Kadaster/RVO.nl/Wageningen Economic Research.

Overzicht Landsdelen

Aan de hand van 4 landsdelen wordt een indruk gegeven van de regionale verscheidenheid in de agrarische grondmarkt. Deze landsdelen zijn opgebouwd uit de 14 groepen van landbouwgebieden (zie verantwoording). Landsdeel Zuid kent meestal de hoogste gemiddelde grondprijs (zie figuur 3), in 2018 lag deze 16% boven het Nederlandse gemiddelde. Landbouwgrond in landsdeel Noord is het laagst geprijsd; in 2018 lag deze 12% onder het landelijk gemiddelde.

Kaart 1. Agrarische grondprijs (€/ha) en mobiliteit (ha) per landsdeel vergeleken met het totale areaal cultuurgrond, 1e kwartaal 2019. Kunt u deze afbeelding niet bekijken? Neem contact op met de klantenservice op telefoonnummer 088-183 22 00. Zij zijn u op werkdagen van 09.00 tot 17.00 uur graag van dienst.

 

Kaart 1. Agrarische grondprijs (€/ha) en mobiliteit (ha) per landsdeel vergeleken met het totale areaal cultuurgrond, 1e kwartaal 2019
Bron: Kadaster/RVO.nl/Wageningen Economic Research.

Landsdeel Noord

De gemiddelde agrarische grondprijs in landsdeel Noord is in het 1e kwartaal van 2019 met 2% gestegen: van €55.000 in het 4e kwartaal van 2018 tot € 55.900 per ha (kaart 1 en figuur 3). Over heel 2018 komt de gemiddelde prijs uit op €53.700.

In de laatste 4 kwartalen (2018Q2-2019Q1) is in landsdeel Noord 8.500 ha landbouwgrond verhandeld (figuur 2). Dat is 1.000 ha (11%) minder dan in dezelfde periode een jaar daarvoor (2017Q2-2018Q1). De relatieve grondmobiliteit over de laatste 4 kwartalen bedraagt 1,5% (tegen 1,7% een jaar eerder).

Landsdeel Oost

In landsdeel Oost is de gemiddelde agrarische grondprijs in het 1e kwartaal van 2019 met 3% gedaald: van € 65.200 (4e kwartaal 2018) tot € 63.400 per ha (kaart 1 en figuur 3). Over het gehele jaar 2018 komt de grondprijs in Oost uit op € 61.700 per ha.

In landsdeel Oost is in de afgelopen 4 kwartalen (2018Q2-2019Q1) 9.800 ha landbouwgrond verhandeld (figuur 2), een afname van 900 ha (8%) in vergelijking met een jaar eerder (2017Q2-2018Q1). De relatieve grondmobiliteit is gezakt van 2,0% tot 1,8%.

Figuur 3 Prijs (€/ha) onverpacht agrarische grond (gras-, bouw- en maisland samen) naar landsdeel 2016Q2-2018Q1 (per kwartaal). Kunt u deze afbeelding niet bekijken? Neem contact op met de klantenservice op telefoonnummer 088-183 22 00. Zij zijn u op werkdagen van 09.00 tot 17.00 uur graag van dienst.

Figuur 3. Prijs (€/ha) onverpacht agrarische grond (gras-, bouw- en maisland samen) naar landsdeel 2016Q2-2018Q1 (per kwartaal)
Bron: Kadaster/RVO.nl/Wageningen Economic Research.

Landsdeel West

In landsdeel West is de gemiddelde agrarische grondprijs in het 1e kwartaal van 2019 met 7% afgenomen: van € 64.100 (4e kwartaal 2018) tot € 59.300 per ha (kaart 1 en figuur 3). Het jaargemiddelde voor 2018 bedraagt € 57.500 per ha.

De grondmobiliteit is in landsdeel West met 4% toegenomen (figuur 2): van 4.500 ha in de periode 2017Q2-2018Q1 tot 4.700 ha over de laatste 4 kwartalen (2018Q2-2019Q1). De relatieve grondmobiliteit over de laatste 4 kwartalen komt uit op 2,2%.

Landsdeel Zuid

In landsdeel Zuid is de gemiddelde agrarische grondprijs in het 1e kwartaal van 2019 licht gedaald (-1%): van € 73.000 (4e kwartaal 2018) tot € 72.300 per ha (kaart 1 en figuur 3). Over heel 2018 ligt de gemiddelde grondprijs op € 70.600 per ha.

Het verhandeld areaal landbouwgrond is in landsdeel Zuid 2% gestegen (figuur 2): van 10.700 ha in de periode 2017Q2-2018Q1 tot 10.900 ha over de laatste 4 kwartalen (2018Q2-2019Q1). De relatieve grondmobiliteit over de laatste 4 kwartalen komt uit op 2,3%.

Verantwoording

Agrarische grondprijs

De agrarische grondprijs is de prijs van vrij beschikbare landbouwgrond gekocht door agrariërs. Aan de basis van de berekening van de grondprijs staan de transacties in het eigendomsregister van het Kadaster, aangevuld met informatie over de agrarische sector. Voor het bepalen van de agrarische grondprijs zijn de verhandelde percelen op de volgende kenmerken geselecteerd:

  • koper heeft een landbouwbedrijf
  • grasland, bouwland, snijmaïs
  • soort overdracht is koop-verkoop
  • zakelijk recht is volle eigendom
  • geen opstallen
  • geen reguliere pachtovereenkomst of erfpacht
  • geen familierelatie
  • oppervlak perceel groter dan 0,25 ha
  • de koopsom is groter dan € 1,-

Verhandelde percelen met extreem hoge en lage prijzen zijn volgens een statistische methodiek uitgesloten.

Agrarische grondmobiliteit

De agrarische grondmobiliteit – het verhandelde areaal landbouwgrond – geeft aan hoeveel agrarische grond is verhandeld op de vrije markt. Aan de basis van de berekening van de grondmobiliteit staan de transacties in het eigendomsregister van het Kadaster, aangevuld met informatie over de agrarische sector. Voor het bepalen van de agrarische grondmobiliteit zijn de verhandelde percelen op de volgende kenmerken geselecteerd:

  • grasland, bouwland, snijmaïs, bollenland, boomkwekerij, fruitteelt en overig tuinland
  • soort overdracht is koop-verkoop
  • zakelijk recht is volle eigendom
  • geen familierelatie
  • oppervlak perceel groter dan 0,25 hectare
  • de koopsom is groter dan € 1,-

Landsdelen

De 4 landsdelen in kaart 1 en figuur 3 zijn opgebouwd uit de 14 groepen van landbouwgebieden:

  • Landsdeel Noord: Bouwhoek en Hogeland, Veenkoloniën en Oldambt en Noordelijk Weidegebied
  • Landsdeel Oost: Oostelijk Veehouderijgebied, Centraal Veehouderijgebied, IJsselmeerpolders en Rivierengebied
  • Landsdeel West: Westelijk Holland, Waterland en Droogmakerijen, Hollands/Utrechts Weidegebied
  • Landsdeel Zuid: Zuidwestelijk Akkerbouwgebied, Zuidwest-Brabant, Zuidelijk Veehouderijgebied en Zuid-Limburg

Over het kwartaalbericht

Dit kwartaalbericht is een samenwerking van Wageningen Economic Research en het Kadaster.  

Meer kwartaalberichten en contactgegevens vindt u op de pagina Kwartaalberichten agrarische grondmarkt.

Logo van Wageningen University & Research.Logo van het Kadaster

Jaarrapportage BGT 2023

de Landelijke Voorziening Basisregistratie Grootschalige Topografie (LV BGT) kijkt terug op een succesvol 2023. De downloadbestanden en webservices werden meer gebruikt. We verbeterden de BGT Vectortiles en het gebruik nam flink toe. De kwaliteit van de BGT is verder verbeterd.

Benieuwd wat er nog meer in 2023 gebeurde? En naar onze vooruitblik op 2024? 

Lees de Jaarrapportage BGT 2023  

Hoogtepunten in 2023 waren:

  • het gebruik van de BGT Vectortiles nam explosief toe
  • de klanttevredenheid bleef stabiel
  • we ontwikkelden en verbeterden verder 
  • minder geometrieverschillen tussen de BGT en BAG panden

Opvallende zaken in 2023:

  • het aantal objecten in de BGT nam toe
  • er werd meer teruggemeld via WMS
  • BGT extracten werden vaker gedownload

Meer informatie

Aanleveren stukken tijdens de feestdagen 2024

Op de volgende feestdagen zijn we gesloten:

  • Maandag 1 april 2024 (2e Paasdag)
  • Donderdag 9 mei 2024 (Hemelvaartsdag)
  • Maandag 20 mei 2024 (2e Pinksterdag)
  • Woensdag 25 december 2024 (1e Kerstdag)
  • Donderdag 26 december 2024 (2e Kerstdag)

U kunt tijdens deze feestdagen geen stukken op papier aanleveren. Ook telefonisch contact opnemen met medewerkers van het Kadaster is dan niet mogelijk.

Digitaal

Tijdens deze feestdagen kunt u wel digitaal stukken aanleveren. Wij verwerken die stukken op de eerstvolgende werkdag.

Meer over onze producten

Wilt u meer weten over onze producten en het bestellen hiervan? Meer de informatie vindt u via pagina Producten

Wat is het KIK-percentage in februari?

Hoeveel KIK-inschrijvingen zijn er in 2023 gedaan? En hoe zit het met de HYP3 en HYP4 akten? In dit artikel leest u er meer over. En we vergelijken februari met vorig jaar. U vindt het percentage KIK akten ten opzichte van het totaal aangeboden akten.

KIK in het kort

KIK staat voor Ketenregistratie Inschrijving Kadaster. Dankzij KIK gaat het akteproces automatisch. We bieden steeds meer KIK-modellen aan waardoor de mogelijkheden met KIK steeds groter worden.
Door akten met KIK aan te bieden kunt u veel tijd besparen en inschrijvingskosten verlagen.

Percentage van het totale aktenaanbod: akten aangeboden met KIK per maand

In de grafiek 'Percentage KIK aanbod per maand' ziet u hoe het KIK-percentage zich in 2023 heeft ontwikkeld. De percentages schommelen tussen de 41% en 47%. 

In de grafiek ziet u ook de vergelijking tussen februari 2023 en februari 2024. In februari 2023 was het KIK-percentage 43% van het totale aktenaanbod. In februari 2024 is er een stijging van 2% zichtbaar en staat het KIK-percentage op 45%. 

Het percentage aangeboden akten met KIK was in februari 2024: 45%. In 2023 was dit 43%.
Grafiek 1. Ontwikkeling van het KIK-percentage over 2023 en februari
2024
Open toegankelijk ods-bestand met data van grafiek 1, 2 en 3.


Percentage van het totale KIK HYP3 aanbod per maand

In de grafiek 'Percentage KIK HYP3 aanbod per maand' ziet u hoe het KIK HYP3-percentage zich door 2023 heeft ontwikkeld. De percentages schommelen tussen de 47,3% en 51,6%. 
U ziet ook de vergelijking tussen februari 2023 en februari 2024. In februari 2023 was het KIK HYP3-percentage 48,6% van het totale akten aanbod. In februari 2024 is er een stijging van 2,6% zichtbaar ten opzichte van februari 2023 en staat het KIK-percentage op 51,2% .

In februari 2024 is het KIK-percentage 51,2%. In februari 2023 was dit 48,6%.
Grafiek 2. Ontwikkeling van het KIK HYP3-percentage over 2023 en februari 2024.

Percentage van het totale KIK HYP4 aanbod per maand

In de grafiek 'Percentage KIK HYP4 aanbod per maand' ziet u dat de KIK HYP4-percentages in 2023 tussen de 35,8% en 43% schommelen. In februari 2023 was het KIK HYP4-percentage 38% van het totale akten aanbod. In februari 2024 was dat 39.7%. Dat is een stijging van 1,7% ten opzichte van februari 2023. 

In februari 2024 was het KIK HYP4-percentage 39.7% van het totale aktenaanbod. In februari 2023 was dat 38%
Grafiek 3 Ontwikkeling van het KIK HYP4-percentage over 2023 en februari 2024. 

Verklaring van erfrecht

Sinds februari 2024 is het mogelijk om via KIK de Verklaring van Erfrecht - Wettelijke Verdeling aan te bieden. Neem contact op met uw softwareleverancier voor informatie over de beschikbaarheid.

Meer informatie

  • Het laatste nieuws over KIK vindt u in onze nieuwsbrief. Meld u aan voor de Nieuwsbrief Notariaat.
  • Hebt u vragen over het aanbieden van akten met KIK en de mogelijkheden? Neem dan contact op met de klantenservice KIK. Dit kan telefonisch via 088 - 183 3500 of met het contactformulier.

Geluidsimpact nu te berekenen met 3D-Geluidbestand

Een nieuwe weg, treinverkeer of industrie: geluid heeft effect op de leefomgeving. Overheden beoordelen of de geluidsbelasting op bijvoorbeeld een woonwijk binnen wettelijke limieten valt. Daarvoor simuleren ze geluidsniveaus. Eerder ontwikkelden onderzoekbureaus hiervoor afzonderlijk digitale 3D-omgevingsmodellen, nu is er een uniform, landelijk 3D-Geluidbestand. 3 betrokken partijen vertellen over de totstandkoming. Ook leest u hoe DCMR Milieudienst het bestand testte en gaat toepassen.

Specifieke geluidsbron meten is lastig

Het meten van het geluidsniveau van een specifieke geluidsbron is lastig. Wanneer je bijvoorbeeld het geluidsniveau van een snelweg meet, weet je niet precies hoeveel andere omgevingsgeluiden je ook meet. Daarnaast kun je de effecten van toekomstige situaties niet meten, zoals varianten van een spoortracé of het plaatsen van een geluidscherm.

Geluidstudies maken daarom gebruik van simulaties. Ze berekenen de geluidsbelasting op basis van informatie over de 3D-ligging van de geluidbron én de 3D-ligging van het terrein inclusief omgevingsobjecten. Daarvoor is een 3D-omgevingsmodel nodig.

Van versnipperde methoden naar 1 bronbestand

Rijkwaterstaat (RWS) nam begin 2017 het initiatief om met het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), Interprovinciaal Overleg (IPO), Technische Universiteit (TU) Delft en Kadaster zo’n 3D-omgevingsmodel te ontwikkelen op basis van bestaande data. Dit model vervangt alle versnipperde geluidbestanden.

Rol van RIVM, TU Delft en het Kadaster

Het RIVM bewaakte -als beheerder van de berekeningsmethode- het belang van de volksgezondheid. TU Delft ontwikkelde de algoritmen voor de geautomatiseerde berekeningen. Toen de methode in 2020 goed genoeg was, zorgde het Kadaster voor een landsdekkend product en het beheer.

Aandachtspunten bij ontwikkeling

Rob van Loon – wetenschappelijk medewerker (RIVM): “We wilden ervoor zorgen dat geluidsonderzoeken uniform opgezet worden op basis van actuele data; daarmee gaat de kwaliteit omhoog. Daarnaast wilden we werk besparen voor adviesbureaus die geluidsmodellen moeten opzetten. Met dit bestand kunnen zij mooi een vliegende start maken.”

Jantien Stoter – hoogleraar 3D geo-informatie (TU Delft): “Onze ambitie is om slimme dingen te doen met data. En zo innovaties te realiseren die ook daadwerkelijk in de praktijk werken. Een eerste vraag was: kunnen we zo’n 3D-geluidsmodel automatisch genereren op basis van bestaande databronnen? Dan ben je meteen efficiënt en uniform bezig; iedereen werkt met dezelfde data en de uitkomsten zijn hetzelfde. We hebben hiervoor gebruik gemaakt van de bronbestanden Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN), Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) en de Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT).”  

Iris Reimerink – senior GIS Specialist / projectleider (Kadaster): “Voor ons staan kwaliteit en continuïteit van de data en het beheersysteem voorop. Uiteindelijk moeten alle losse stukjes opgeschaald worden tot een landsdekkend product waar gebruikers ook echt wat mee kunnen. We hebben ervaring met het beheren en het afstemmen van bronregistraties. Zonder bijvoorbeeld de 3D Basisvoorziening had 3D Geluid niet zo makkelijk gerealiseerd kunnen worden. En aangezien in beide bestanden gebouwdata zitten, voeden en verbeteren de bestanden elkaar ook nog eens.”

Voornaamste technische uitdagingen

Van Loon (RIVM): “Welke details uit bronbestanden neem je nog mee in je berekeningen? Geluidsexperts hebben namelijk niet alle details nodig. Meer details maken computerberekeningen zwaarder, maar de uitkomsten ervan niet per se betrouwbaarder. Bijvoorbeeld: vanuit de 3D-dataset van het Kadaster kun je woningen mooi modelleren inclusief schuine daken. Maar voor geluid zijn die niet relevant, geluidsimulaties gaan uit van blokkendozen. Daarbij richten we ons niet op elke centimeter aan hoogteverschil, maar concentreren we op hoogtesprongen van een bouwlaag. En voor een bodemmodel wil je weten: waar ligt geluid reflecterende bodem zoals asfalt en water, waar ligt geluidsabsorberende bodem zoals begroeiing? De bodemtypes haalden we uit de bronregistratie BGT.”  

Stoter (TU Delft): “Wij moesten de algoritmes ontwikkelen om op basis van al die brongegevens geautomatiseerd een  3D-omgevingsmodel te genereren. Daarbij loop je soms ook tegen technische beperkingen aan zoals wisselende kwaliteit van de hoogtes die vanuit een vliegtuig of helikopter worden ingemeten via laser scannen. Zo kunnen hoogtes van gebouwen in dicht stedelijk gebied niet altijd worden waargenomen en missen er daarom soms hoogtepunten in de input data, bijvoorbeeld door afscherming door een ander gebouw. Of doordat water op het dak de laser door- in plaats van terugkaatst. Bij kassen gaat de laser soms dwars door het glas heen. Dan heb je voor die locaties geen uniforme brongegevens. En ook bij het bodemmodel hebben we nauw samengewerkt met de geluidsexperts. Wij wilden bijvoorbeeld weten: hoe groot moet een bepaald stukje bodem zijn om voor jullie berekeningen nog relevant te zijn?”

Reimerink (Kadaster): “En als die data er dan eenmaal landsdekkend zijn: hoe gaan we ze in beheer nemen zodat we continuïteit bieden aan de gebruikers? Als we die data bijvoorbeeld willen ontsluiten op het PDOK-platform (Publieke Dienstverlening op de Kaart), hoe krijgen we zo’n bestand daar? Het is iets anders dan een testdataset ontsluiten, hier hoort een hele infrastructuur bij.”

Vervolg: door ontwikkelen, feedback gebruikers

Van Loon (RIM): “We willen er allereerst voor zorgen dat het bestand geactualiseerd blijft, door bijvoorbeeld het opnemen van nieuwe gebouwen of het verwijderen van gesloopte gebouwen. Vervolgens willen we de dataset verder fijn slijpen en door ontwikkelen. Daarbij nemen we de feedback mee van gebruikers die de gegevens nu in het veld gaan gebruiken.”

Stoter (TU Delft): “Wij hechten belang aan open data en open source software en innovaties die hierdoor mogelijk worden. We zouden het gebruik van de 3D- geluiddata bijvoorbeeld graag verbeteren door ontwikkeling van simulatiesoftware die beter afgestemd is op de mogelijkheden van deze nieuwe databronnen.”

Reimerink (Kadaster): “Er is al een lijst gedefinieerd met mogelijke verbeterpunten, maar we zijn ook erg geïnteresseerd in feedback vanuit de gebruiker. Vanuit daar willen we graag samen met RIVM en TU Delft kijken hoe we verbeteringen technisch door kunnen voeren. Dit jaar gaan we werken aan continuïteit en verbeteringen zodat we begin 2022 een nieuwe versie kunnen ontsluiten.”

Gebruiker aan het woord: DCMR Milieudienst Rijnmond

DCMR Milieudienst Rijnmond is onder meer verantwoordelijk voor het handhaven van geluidslimieten in Rotterdam. Richard Spaans (te zien op de afbeelding) is vakspecialist Geluid en GIS bij DCMR en testte het 3D-Geluidsbestand: “In ons werkgebied liggen geluidsbronnen als de Rotterdamse haven en luchthaven Rotterdam The Hague Airport. Om bijvoorbeeld de jaargemiddelde geluidbelasting daarvan te bepalen op omringende woningen, hebben wij een nauwkeurig rekenmodel nodig. De 1e ervaringen met het 3D-Geluidbestand zijn goed. Het model bevat alle voor ons relevante informatie. Eigenlijk zou het nog aangevuld moeten worden met objecten als loodsen en silo’s, naast de huidige gebouwinformatie uit de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG). De ligging ervan is uit de Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT) af te leiden.”

Meer weten?

Hebt u interesse in het 3D-Geluidbestand? Download het bestand op PDOK.nl.

Terzake

Dit artikel verschijnt ook in het Kadastermagazine Terzake van februari 2021. Meer artikelen lezen? Ga naar de pagina Terzake.

Terz@ke nieuwsbrief ontvangen?

In de artikelen uit ons Terzake-magazine vindt u achtergrondverhalen van het Kadaster. Met de digitale Terz@ke blijft u op hoogte van al ons nieuws. Wilt u deze ook in uw mailbox ontvangen? Meld u zich dan aan voor onze nieuwsbrief.

Hypotheekmarkt 2e halfjaar 2023: kleine geldverstrekker in opkomst

De woningmarkt toonde enig herstel in het 2e halfjaar van 2023. Gemiddelde woningprijzen namen licht toe en de hypotheekrente steeg niet langer. Wat betekende dit voor het aantal afgesloten hypotheken? En hoe ontwikkelde het aandeel van kleine geldverstrekkers zich? Lees de 8 belangrijkste conclusies en download het Kadaster Halfjaarbericht Hypotheekmarkt van het 2e halfjaar van 2023.

Download het volledige Halfjaarbericht als pdf

De 8 belangrijkste feiten over de hypotheekmarkt in het 2e halfjaar van 2023

  1. Het aantal afgesloten hypotheken steeg met 14% vergeleken met een halfjaar eerder. De stabiliserende hypotheekrente speelde daarbij een belangrijke rol. 
  2. Er werden 16% meer hypotheken afgesloten voor de aankoop van een woning dan een halfjaar eerder. Dit was de grootste stijging sinds 2020. Het aantal over- en bijsluitingen bleef laag.
  3. De totale hypotheeksom bestaat uit alle hypotheekbedragen bij elkaar opgeteld. Deze was 21% hoger dan in het 1e halfjaar van 2023. 
  4. Er werd relatief meer geld geleend voor de aankoop van goedkopere woningen tot de grens van de Nationale Hypotheekgarantie (NHG) dan voor duurdere woningen. De NHG-grens was € 405.000 in 2023. De geldlening als percentage van de koopsom (loan-to-value) van woningen tot de NHG-grens nam toe tot 89,2%. Bij duurdere woningen nam de loan-to-value juist af tot 81,2%.
  5. De loan-to-value voor alle hypotheken samen was gemiddeld 86,8%. Dat is zo goed als hetzelfde als het 1e halfjaar van 2023.
  6. De loan-to-value van doorstromers nam af van 81,2% in het 1e halfjaar van 2023 tot 79,6% in het 2e halfjaar van 2023. De loan-to-value van andere typen kopers bleef ongeveer gelijk.
  7. Het aandeel hypotheken dat werd verstrekt door kleine geldverstrekkers steeg in het 2e halfjaar van 2023. Onder kleine geldverstrekkers verstaan we particulieren (natuurlijke personen) en bedrijven (niet-natuurlijke personen) die maximaal 5 nog lopende hypotheken hebben verstrekt. Waarschijnlijk zochten kopers na het stijgen van de hypotheekrente steeds meer naar alternatieve financiers voor de traditionele banken en verzekeraars. 
  8. Kleine verstrekkers financierden weinig woningen voor particulieren: 2,5%. Daar staat tegenover dat zij in 2023 maar liefst meer dan 40% van alle met een hypotheek verkochte vakantiewoningen financierden.  

Over het onderzoek

  • Dit rapport is geschreven door Frank Harleman en Joost Zuidberg, onderzoekers bij het Kadaster.

Meer informatie

  • Kijk voor meer informatie over de hypotheekmarkt en de informatie die wij hierover bieden op de pagina Hypotheekmarkt.

Wilt u meer weten over dit onderzoek of de woningmarkt? Neem dan contact op met onze woningmarktexpert. Contactgegevens vindt u op de pagina Paul de Vries, woningmarktexpert.

Andere onderzoeken

Meer onderzoeken van het Kadaster over de woningmarkt vindt u op de pagina Onderzoeken.

Kadaster Kwartaalbericht woningmarkt

Koopwoningen in februari ruim 4% duurder dan jaar eerder

In februari 2024 waren de prijzen van bestaande koopwoningen gemiddeld 4,3% hoger dan in februari 2023. Ten opzichte van januari 2024 stegen de prijzen in februari met 1,0%. De prijsontwikkelingen in dit bericht zijn gebaseerd op de prijsindex van bestaande particuliere koopwoningen in Nederland van het CBS en het Kadaster.

Prijzen koopwoningen stijgen met 1,0% ten opzichte van januari

Ten opzichte van januari is de prijsindex bestaande koopwoningen in februari met 1,0% gestegen. De prijzen van bestaande koopwoningen bereikten in juli 2022 een piek. Daarna sloeg de trend om en daalde de prijsindex enige tijd. Sinds juni 2023 stegen de prijzen van koopwoningen echter weer.

Meer transacties bestaande koopwoningen in februari

In februari registreerde het Kadaster 13.810 woningtransacties. Dat is 16,5% meer dan een jaar eerder. In de eerste 2 maanden zijn 28.262 woningen verkocht, ruim 13% meer dan een jaar eerder. In februari was de gemiddelde transactieprijs voor een bestaande koopwoning € 427.279,-. Voor het bepalen van prijsontwikkelingen van bestaande koopwoningen wordt echter niet de transactieprijs, maar de prijsindex gebruikt. Bij de berekening van de prijsindex wordt rekening gehouden met kwaliteitsverschillen tussen koopwoningen. In de gemiddelde transactieprijs zit geen kwaliteitscorrectie.

Meer cijfers in Vastgoeddashboard

Iedere maand staan de cijfers over onder andere woningverkopen in ons Vastgoeddashboard. In dit dashboard vindt u grafieken en tabellen voor heel Nederland en per provincie.

Naar Vastgoeddashboard

Kadaster Kwartaalbericht woningmarkt

Koopwoningen in januari bijna 2% duurder dan jaar eerder

In januari 2024 waren de prijzen van bestaande koopwoningen gemiddeld 1,8% hoger dan in januari 2023. Ten opzichte van december 2023 stegen de prijzen in januari met 1,2%. De prijsontwikkelingen in dit bericht zijn gebaseerd op de prijsindex van bestaande particuliere koopwoningen in Nederland van het CBS en het Kadaster. 

Prijzen koopwoningen stijgen met 1,2% ten opzichte van december

Ten opzichte van december is de prijsindex bestaande koopwoningen in januari met 1,2% gestegen. De prijzen van bestaande koopwoningen bereikten in juli 2022 een piek. Daarna sloeg de trend om en daalde de prijsindex enige tijd. Sinds juni 2023 stegen de prijzen van koopwoningen echter weer. 

Meer cijfers in Vastgoeddashboard

Iedere maand staan de cijfers over onder andere woningverkopen in ons Vastgoeddashboard. In dit dashboard vindt u grafieken en tabellen voor heel Nederland en per provincie.

Naar Vastgoeddashboard

Kadaster Kwartaalbericht woningmarkt

Nieuwe aantekening in de BRK

Vraagt u eigendomsinformatie op van percelen in de provincie Groningen? Dan ziet u misschien vanaf mei de aantekening ‘besluit op basis van artikel 13i Tijdelijk wet Groningen’ in de BRK (Basisregistratie Kadaster). Wij leggen uit wat deze aantekening betekent.

Beschermen en versterken van gebouwen

De Tijdelijke wet Groningen is er om gebouwen in de provincie Groningen veiliger te maken na schade door de gaswinning. Sommige gebouwen moeten worden versterkt. De nationaal coördinator (NCG) beslist in overleg met de eigenaar van het gebouw of dit nodig is. Dit besluit noemen we een versterkingsbesluit. 

Na welk besluit komt er een aantekening in de BRK?

Vindt de eigenaar van een gebouw dat versterken niet nodig is? Dan kan hij dit aangeven. Als de NCG het daarmee eens is komt een aantekening van dit besluit in de BRK. Als de NCG besluit een gebouw wel te versterken komt dit niet in de BRK te staan.   

Meer informatie

Aanleveren stukken tijdens de feestdagen 2023

Openingstijden tijdens de feestdagen

Op de volgende feestdagen zijn we gesloten:

  • Maandag 10 april 2023 (tweede Paasdag)
  • Donderdag 27 april 2023 (Koningsdag)
  • Donderdag 18 mei 2023 (Hemelvaartsdag)
  • Maandag 29 mei 2023 (tweede Pinksterdag)
  • Maandag 25 december 2023 (eerste Kerstdag)
  • Dinsdag 26 december 2023 (tweede Kerstdag)

U kunt tijdens deze feestdagen geen stukken op papier aanleveren. Ook telefonisch contact opnemen met Kadastermedewerkers is dan niet mogelijk.

Digitaal

Tijdens deze feestdagen kunt u wel digitaal stukken aanleveren. Wij verwerken die stukken op de eerstvolgende werkdag.

Meer over onze producten

Wilt u meer weten over onze producten en het bestellen hiervan? Meer de informatie vindt u via pagina Producten

Vernieuwde BAG Viewer: “Makkelijker en sneller”

De BAG Viewer is vernieuwd. Deze werkt beter op mobiel. Ook zijn nu kadastrale percelen te zien op de kaart. Verder is het makkelijker om een terugmelding te doen. Piet Goeyenbier vertelt hoe hij de nieuwe viewer gebruikt bij energiescans.

Goed voorbereid met info uit de viewer

Piet Goeyenbier werkt als vrijwilliger voor de Stichting Piëzo en de Duurzame Energiecorporatie Zoetermeer. Hij voert energiescans uit voor bewoners van huur- en koopwoningen namens deze organisaties. “Voordat ik een scan van een woning ga uitvoeren, raadpleeg ik altijd de BAG Viewer. Ik kijk dan naar het bouwjaar, de oppervlakte en de ligging vanwege de lichtinstraling. Zo heb ik al vóór het huisbezoek een aantal gegevens verzameld die ik voor het rapport van de energiescan nodig heb.”

Het opzoeken van een adres is makkelijker en sneller.

Vernieuwde viewer biedt meer gemak

 “Het opzoeken van een adres is makkelijker en sneller. De postcode wordt meteen getoond en op de kaart komt ook direct het goede object in beeld. En met de luchtfoto’s als achtergrond kan ik zien of er zonnepanelen op het dak van het huis liggen. Heel handig is de link in de BAG Viewer naar de website voor energielabels. Met heel weinig moeite vind ik zo ook het energielabel van de woning.”

Meer informatie over de BAG Viewer

Elk gebouw en elk officieel adres in Nederland is opgeslagen in de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG). De gegevens uit de BAG kunnen worden bekeken via de BAG Viewer. Deze viewer is gratis en voor iedereen toegankelijk. Meer informatie over de BAG Viewer vindt u op de pagina BAG Viewer.

Ga naar de BAG Viewer

Terzake

Dit artikel komt uit het Kadastermagazine Terzake van juli 2023.

Meer artikelen lezen? Ga naar de pagina Terzake.
Wilt u maandelijks de digitale Terz@ke in uw mailbox ontvangen? Meld u dan aan voor onze nieuwsbrief

Hoeveel landbouwgrond bezitten overheden?

Voor het bouwen van woningen, het maken van waterbergingen en natuurontwikkeling zoeken overheden naar geschikte plekken in het landelijk gebied. Ze kopen hiervoor landbouwgrond en veranderen deze naar nieuwe functies.

Maar hoeveel landbouwgrond hebben overheden? En waar in Nederland ligt deze grond? We onderzochten het samen met Wageningen Economic Research.

Bekijk het onderzoek

Of bekijk alvast onze 5 conclusies.

5 conclusies

  1. Eind 2023 bezitten overheden in Nederland samen in totaal ruim 190.000 hectare landbouwgrond. Dat is 11% van de totale oppervlakte aan landbouwgrond in Nederland.
  2. Staatsbosbeheer heeft als overheidsorganisatie met 53.000 hectare de grootste oppervlakte aan landbouwgrond. Deze grond heeft primair een natuurfunctie, maar wordt voor een deel ook extensief agrarisch gebruikt.
  3. De provincies bezitten samen een totale oppervlakte van ruim 21.000 hectare aan landbouwgrond. 
  4. In Flevoland is maar liefst 38% van alle landbouwgrond in eigendom van overheden. In Noord-Holland ligt dit percentage met 16% ook boven het landelijke gemiddelde van 11%. 
  5. In de provincies Limburg en Noord-Brabant bezitten gemeenten opvallend veel landbouwgrond. In Limburg bezitten gemeenten 53% en in Noord-Brabant 41% van alle landbouwgrond in overheidseigendom. 

Over dit onderzoek

Dit onderzoek is uitgevoerd door Wageningen Economic Research en het Kadaster. Het is de themabijlage bij het Kwartaalbericht agrarische grondmarkt 4e kwartaal 2023. Deze versturen wij elk kwartaal via de mail.

Aanmelden kwartaalbericht per mail

Meer weten

Kwartaalbericht agrarische grondmarkt 2023-4

Thema: Hoeveel landbouwgrond bezitten overheden?

Voor het bouwen van woningen, het maken van waterbergingen en natuurontwikkeling zoeken overheden naar geschikte plekken in het landelijk gebied. Ze kopen hiervoor landbouwgrond en veranderen deze naar nieuwe functies.
Maar hoeveel landbouwgrond hebben overheden? En waar in Nederland ligt deze grond?

We onderzochten het samen met Wageningen Economic Research.

Lees de themabijlage

Kwartaalbericht 4e kwartaal van 2023

 

Landelijk overzicht

De gemiddelde agrarische grondprijs in Nederland is in het 4e kwartaal van 2023 met 6,2% gestegen ten opzichte van het 3e kwartaal: van € 77.600 naar € 82.400 per ha (figuur 1). Over heel 2023 is de grondprijs uitgekomen op € 78.800 per ha, 7,4% hoger dan in 2022 (€ 73.400 per ha).

Prijzen van bouwland en grasland

De gemiddelde prijs van bouwland is in het 4e kwartaal van 2023 met 4,5% gestegen naar € 93.100 per ha (figuur 1). Over heel 2023 ligt de gemiddelde grondprijs van bouwland op € 90.900 per ha, 7,6% boven de prijs in 2022 (€ 84.500 per ha).
De gemiddelde prijs van grasland is in het 4e kwartaal van 2023 met 2,2% toegenomen tot € 71.200 per ha (figuur 1). Over heel 2023 noteert grasland een gemiddelde prijs van € 69.400 per ha, 4,8% meer dan in 2022 (€ 66.200 per ha).
De gemiddelde prijs van snijmaisland is in het 4e kwartaal van 2023 met € 80.300 per ha vrijwel gelijk aan de de prijs in het 3e kwartaal. De prijs van dit grondgebruik is niet afzonderlijk in figuur 1 opgenomen, maar is wel onderdeel van het totaalcijfer van landbouwgrond.

Deze grafiek toont de agrarische grondprijzen van grasland, bouwland en grasland, bouwland en snijmais samen- voor 2023-Q4. De x-as toont de meest recente 12 kwartalen. De y-as toont de grondprijs, met als ondergrens 40.000 euro per hectare en als bovengrens 100.000 euro per hectare en de stapgrootte 10.000 hectare. Bouwland ligt in 2023-Q4 op 93.100 euro per hectare, grasland op 71.200 euro per hectare en het totale gemiddelde op 82.400 euro per hectare. Heeft u naar aanleiding hiervan nog vragen? Neem dan contact op met onze expert Landelijk gebied Paul Peter Kuiper via 0621503747.

Figuur 1 Agrarische grondprijs (euro/ha) naar grondgebruik
Bron: Kadaster en Wageningen Economic Research
Open toegankelijk ods-document met data van figuur 1

Grondmobiliteit

In het 4e kwartaal van 2023 is 10.200 ha landbouwgrond verhandeld, ruim 800 ha (7%) minder dan in hetzelfde kwartaal van 2022 (figuur 2). In heel 2023 is 27.400 ha grond verhandeld. Dat is 11% minder dan in 2022, toen 30.800 ha werd overgedragen
De relatieve grondmobiliteit – het verhandeld areaal afgezet tegen het totaal areaal landbouwgrond – kwam in 2023 uit op 1,53%, tegen 1,71% in dezelfde periode het jaar daarvoor.

Deze grafiek toont de grondmobiliteit - de verhandelde oppervlakte - voor 2023-Q4 in geheel Nederland. De x-as toont de 12 meest recente kwartalen. De y-as toont de grondmobiliteit, de ondergrens is 0 hectare, de bovengrens 14.000 hectare en de stapgrootte 2.000 hectare. Het vierde kwartaal geeft telkens de hoogste mobiliteit. Het derde kwartaal de laagste. De mobiliteit lag in 2023-Q4 op 10.200 hectare. Heeft u naar aanleiding hiervan nog vragen? Neem dan contact op met onze expert Landelijk gebied Paul Peter Kuiper via 0621503747.
Figuur 2 Mobiliteit (ha) landbouwgrond per kwartaal
Bron: Kadaster en Wageningen Economic Research
Open toegankelijk ods-document met data van figuur 2

Provinciaal overzicht

Grondprijzen

In kaart 1 zijn de provinciale agrarische grondprijzen in het meest recente kwartaal opgenomen; figuren 3 tot en met 7 geven de ontwikkeling van de provinciale prijzen in de afgelopen twaalf kwartalen weer. De kwartaalprijzen zijn berekend als het voortschrijdend gemiddelde over vier kwartalen.
De gemiddelde agrarische grondprijs loopt in het 4e kwartaal van 2023 uiteen van € 59.500 in Fryslân tot € 177.000 per ha in Flevoland (kaart 1). In de overige provincies ligt de grondprijs tussen € 69.500 (Groningen) en € 88.800 per ha (Noord-Brabant.

Deze kaart toont de agrarische grondprijzen per provincie van 2023-Q4. De grondprijzen zijn berekend op basis van de transacties van de periode 2023-Q1 tot en met 2023-Q4. De legenda toont in blauwtinten de grondprijs, met als ondergrens “0 tot 50.000 euro per hectare” en als bovengrens “150.000 en hoger euro per hectare”. In Friesland is de gemiddelde prijs het laagst met 59.500 euro per hectare. Flevoland heeft met een gemiddelde prijs van 177.000 euro per hectare de hoogste prijs. Heeft u naar aanleiding hiervan nog vragen? Neem dan contact op met onze expert Landelijk gebied Paul Peter Kuiper via 0621503747.

Kaart 1 Agrarische grondprijs naar provincie, 4e kwartaal 2023
Bron: Kadaster en Wageningen Economic Research
Open toegankelijk ods-document met data van kaart 1

Verschil ontwikkeling grondprijs landelijk (figuur 1) en provinciaal (figuren 3 t/m 7)

De landelijke agrarische grondprijs is in het 4e kwartaal van 2023 met ruim 6% gestegen (zie hiervoor), terwijl in de meeste provincies de grondprijs minder hard steeg, of afnam (zie hierna). De reden is dat de provinciale kwartaalprijzen zijn berekend als het voortschrijdende gemiddelde over vier kwartalen, terwijl de landelijke kwartaalprijs de daadwerkelijke prijs van het kwartaal is. Het provinciale voortschrijdende gemiddelde ijlt daardoor iets na op de landelijke kwartaalprijs-ontwikkeling.

Grondprijsontwikkeling Groningen, Fryslân en Drenthe

Deze grafiek toont de grondprijsontwikkeling voor de provincies Drenthe, Fryslân en Groningen. De x-as toont de 12 meest recente kwartalen. De y-as toont de grondprijs, met als ondergrens 40.000 euro per hectare en als bovengrens 90.000 euro per hectare en stapgrootte van 10.000 euro per hectare. In de provincie Fryslân steeg de gemiddelde grondprijs in 2023-Q4 naar 59.500 euro per hectare. In Drenthe steeg de grondprijs een klein eindje naar 71.900 euro per hectare en in Groningen daalde de gemiddelde grondprijs iets naar 69.500 euro per hectare. Heeft u naar aanleiding hiervan nog vragen? Neem dan contact op met onze expert Landelijk gebied Paul Peter Kuiper via 0621503747.

Figuur 3 Grondprijsontwikkeling provincies Groningen, Fryslân en Drenthe
Bron: Kadaster en Wageningen Economic Research
Open toegankelijk ods-document met data van figuur 3

In de provincie Fryslân is de gemiddelde agrarische grondprijs in het 4e kwartaal van 2023 met 3% gestegen, terwijl die in Groningen en Drenthe nauwelijks is veranderd (figuur 3). 

Grondprijsontwikkeling Overijssel, Flevoland en Gelderland

Deze grafiek toont de grondprijsontwikkeling voor de provincies Overijssel en Gelderland. De x-as toont de 12 meest recente kwartalen. De y-as toont de grondprijs, met als ondergrens 40.000 euro per hectare en als bovengrens 90.000 euro per hectare en stapgrootte van 10.000 euro per hectare. De beide provincies laten in 2023-Q4 een stijging in de grondprijsontwikkeling zien. In Gelderland komt de grondprijs in dat kwartaal op 76.300 euro per hectare, in Overijssel komt deze op 75.200 euro per hectare. Heeft u naar aanleiding hiervan nog vragen? Neem dan contact op met onze expert Landelijk gebied Paul Peter Kuiper via 0621503747.

Figuur 4 Grondprijsontwikkeling provincies Overijssel en Gelderland
Bron: Kadaster en Wageningen Economic Research
Open toegankelijk ods-document met data van figuur 4

In de provincie Gelderland is de gemiddelde agrarische grondprijs in het 4e kwartaal van 2023 met 9% gestegen. In Overijssel bleef de stijging beperkt tot 2% (figuur 4).

Deze grafiek toont de grondprijsontwikkeling voor de provincie Flevoland. De x-as toont de 12 meest recente kwartalen. De y-as toont de grondprijs, met als ondergrens 40.000 euro per hectare en als bovengrens 180.000 euro per hectare en stapgrootte van 20.000 euro per hectare. De provincie Flevoland laat in 2023-Q4 weer een stijgende grondprijsontwikkeling zien tot het gemiddelde prijsniveau van 177.000 euro per hectare. Heeft u naar aanleiding hiervan nog vragen? Neem dan contact op met onze expert Landelijk gebied Paul Peter Kuiper via 0621503747.

Figuur 5 Grondprijsontwikkeling provincie Flevoland
Bron: Kadaster en Wageningen Economic Research
Open toegankelijk ods-document met data van figuur 5

In de provincie Flevoland is de gemiddelde agrarische grondprijs in het 4e kwartaal van 2023 met 8% gestegen (figuur 5).

Grondprijsontwikkeling Utrecht, Noord-Holland en Zuid-Holland

Deze grafiek toont de grondprijsontwikkeling voor de provincies Noord-Holland, Utrecht en Zuid-Holland. De x-as toont de 12 meest recente kwartalen. De y-as toont de grondprijs, met als ondergrens 40.000 euro per hectare en als bovengrens 90.000 euro per hectare en stapgrootte van 10.000 euro per hectare. Ieder van de drie provincies laten in 2023-Q4 een stijgende grondprijs zien. In Noord-Holland komt deze uit op 79.800 euro per hectare en in Zuid-Holland op 78.200 euro per hectare. In Utrecht kwam deze uit op 77.400 euro per hectare. Heeft u naar aanleiding hiervan nog vragen? Neem dan contact op met onze expert Landelijk gebied Paul Peter Kuiper via 0621503747.

Figuur 6 Grondprijsontwikkeling provincies Utrecht, Noord-Holland en Zuid-Holland
Bron: Kadaster en Wageningen Economic Research
Open toegankelijk ods-document met data van figuur 6

In de provincie Zuid-Holland is de gemiddelde agrarische grondprijs in het 4e kwartaal van 2023 met 12% toegenomen; in Utrecht steeg de grondprijs met 5%, terwijl die in Noord-Holland gelijk bleef (figuur 6).

Grondprijsontwikkeling Zeeland, Noord-Brabant en Limburg

Deze grafiek toont de grondprijsontwikkeling voor de provincies Limburg, Noord-Brabant en Zeeland. De x-as toont de 12 meest recente kwartalen. De y-as toont de grondprijs, met als ondergrens 40.000 euro per hectare en als bovengrens 90.000 euro per hectare en stapgrootte van 10.000 euro per hectare. In de provincies Noord-Brabant en Limburg is de prijs in het jongste periode gestegen, in Zeeland daalde deze. In Limburg komt deze op 85.400 euro per hectare, in Noord-Brabant op 88.800 euro per hectare en in Zeeland op 82.900 euro per hectare. Heeft u naar aanleiding hiervan nog vragen? Neem dan contact op met onze expert Landelijk gebied Paul Peter Kuiper via 0621503747.

Figuur 7 Grondprijsontwikkeling provincies Zeeland, Noord-Brabant en Limburg
Bron: Kadaster en Wageningen Economic Research
Open toegankelijk ods-document met data van figuur 7

In de provincies Noord-Brabant en Limburg is de gemiddelde agrarische grondprijs in het 4e kwartaal van 2023 met respectievelijk 4% en 5% gestegen; in Zeeland daalde de grondprijs met 3% (figuur 7).

Grondmobiliteit

De relatieve grondmobiliteit – het verhandelde areaal afgezet tegen het totaal areaal landbouwgrond – varieert in 2023 van 1,10% in Fryslân tot 2,06% in Limburg (figuur 8). In vergelijking met 2022 is de relatieve grondmobiliteit in 10 provincies afgenomen, met de grootste daling in Utrecht (-0,9 procentpunt)  en Drenthe (-0,5 procentpunt). In Overijssel en Zuid-Holland is de grondmobiliteit iets toegenomen.

Deze grafiek toont de relatieve grondmobiliteit -dat is de verhandelde oppervlakte ten opzichte van het totale beschikbare areaal landbouwgrond- per provincie. De x-as toont de 12 provincies. De y-as toont de relatieve grondmobiliteit, de ondergrens is 0%, de bovengrens 2,5%, de stapgrootte is 0,5%. De grafiek vergelijkt de relatieve mobiliteit in de periode januari 2022 tot en met december 2022 met de periode januari 2023 tot en met december 2023. In de provincies Overijssel en Zuid-Holland steeg de mobiliteit. In de overige provincies daalde de mobiliteit in deze periode. Heeft u naar aanleiding hiervan nog vragen? Neem dan contact op met onze expert Landelijk gebied Paul Peter Kuiper via 0621503747.

Figuur 8 Relatieve mobiliteit landbouwgrond (%) in 2022-Q1 t/m 2022-Q4 en 2023-Q1 t/m 2023-Q4
Bron: Kadaster en Wageningen Economic Research
Open toegankelijk ods-document met data van figuur 8

Verantwoording

Agrarische grondprijs

De agrarische grondprijs is de prijs van vrij beschikbare landbouwgrond gekocht door agrariërs. Aan de basis van de berekening van de grondprijs staan de transacties in het eigendomsregister van het Kadaster, aangevuld met informatie over de agrarische sector. Voor het bepalen van de agrarische grondprijs zijn de verhandelde percelen op de volgende kenmerken geselecteerd:

  • koper heeft een landbouwbedrijf
  • grasland, bouwland, snijmais
  • soort overdracht is koop-verkoop
  • zakelijk recht is volle eigendom
  • geen opstallen
  • geen reguliere pachtovereenkomst of erfpacht
  • geen familierelatie
  • oppervlak perceel groter dan 0,25 ha
  • de koopsom is groter dan € 1,-

Verhandelde percelen met extreem hoge en lage prijzen zijn volgens een statistische methodiek uitgesloten.

De gepresenteerde grondprijzen in de gezamenlijke provincies kunnen afwijken van de gepresenteerde gemiddelde grondprijzen op landelijk niveau. De reden hiervan is dat de provinciale kwartaalprijzen worden berekend als het voortschrijdende gemiddelde over 4 kwartalen, terwijl de landelijke kwartaalprijs de daadwerkelijke gemiddelde prijs binnen 1 kwartaal is.

Agrarische grondmobiliteit

De agrarische grondmobiliteit – het verhandelde areaal landbouwgrond – geeft aan hoeveel agrarische grond is verhandeld op de vrije markt. Aan de basis van de berekening van de grondmobiliteit staan de transacties in het eigendomsregister van het Kadaster, aangevuld met informatie over de agrarische sector. Voor het bepalen van de agrarische grondmobiliteit zijn de verhandelde percelen op de volgende kenmerken geselecteerd:

  • grasland, bouwland, snijmais, bollenland, boomkwekerij, fruitteelt en overig tuinland
  • soort overdracht is koop-verkoop en veilingen
  • zakelijk recht is volle eigendom
  • geen familierelatie
  • oppervlak perceel groter dan 0,25 hectare
  • de koopsom is groter dan € 1,-

Over het kwartaalbericht

Dit kwartaalbericht is een samenwerking van Wageningen Economic Research en het Kadaster.  

Logo van Wageningen University & Research.Logo van het Kadaster

Veilig en breed inzetbaar: "eHerkenning logische stap”

Michel Körnmann, product owner basisregistraties bij Datamanagement Centrum van de Rijkswaterstaat Centrale Informatievoorziening, vertelt over zijn ervaringen met eHerkenning. En deelt handige tips voor het beheer. “Voor ons is eHerkenning een belangrijk hulpmiddel, een beveiligde lijn om Kadasterinformatie aan te vragen.”

Opvragen van Kadastrale informatie centraal geregeld

In 2024 wordt eHerkenning verplicht voor een aantal diensten van het Kadaster. Verschillende organisaties gebruiken nu al eHerkenning voor Mijn Kadaster. Körnmann: “Onze landelijke en regionale diensten maken gebruik van de CIV. Een onderdeel daarvan is zorgen dat onze gebruikers informatie makkelijk kunnen opvragen via Mijn Kadaster. Het ontsluiten van kadastrale informatie willen we centraal regelen. Als grote organisatie heeft Rijkswaterstaat meerdere losse abonnementen voor Mijn Kadaster. De CIV heeft als doel dit centraal te organiseren.

Voorsorteren op wettelijke verplichting

Een paar jaar geleden zag de CIV de Wet digitale overheid (Wdo) al aankomen. “We wilden voorsorteren op het verplicht veilig werken met overheidsinformatie. We hebben dit toen ook intern uitgezet. Onze huidige en nieuwe gebruikers van Kadaster-on-line hebben we aangeraden eHerkenning te gaan gebruiken.”

Geen uitwisseling van inloggegevens

Als 1e beheerder maakt Körnmann gebruikers aan. “Juist met eHerkenning kun je voorkomen dat inloggegevens makkelijk uitgewisseld worden. Het uitwisselen van inloggegevens is iets waar een 1e beheerder geen zicht op heeft. Voor ons is het belangrijk zeker te weten wie informatie heeft opgevraagd. Met eHerkenning ligt dat zonder twijfel vast. Dan is het jammer dat de wet op zich laat wachten en de animo voor het gebruik ervan afneemt.”

“Als gebruikers twijfelen of het niet snappen zeg ik altijd: jij wilt als gebruiker toch ook niet dat anderen jouw gegevens inzien?”

Michel Körnmann – productowner basisregistraties bij Rijkswaterstaat Centrale Informatievoorziening

Op tijd beginnen zorgt voor natuurlijk proces

“Vanuit onze zorg voor beveiliging van diensten hebben een kleine 200 gebruikers toegang tot Mijn Kadaster via het CIV-abonnement. Het is nu een natuurlijk proces om over te gaan op eHerkenning. We hebben geleerd onderzoek te doen naar wie kadastrale gegevens in mag zien. Door inzicht in de rol en taak van de aanvrager kunnen we beter centraal sturen. En daardoor hebben we een beter zicht op wie toegang heeft in Kadaster-on-line en met welke diensten. Zie het als een opschoning van onze accounts. Waarbij wij nu gelijk een check doen op functie en rechtvaardiging. Heb jij die kadastrale gegevens echt nodig?”

Eenvoudig aanvragen via serviceportal

In het serviceportaal van CIV is eHerkenning nu eenvoudig aan te vragen. “Waar je eerder nog veel tijd kwijt was aan administratie en afstemming, gaat dat tegenwoordig heel makkelijk via telefoon en paspoortfoto. Ook intern zijn bij ons de processen verbeterd door zaken centraal te regelen. Als 1e beheerder heb ik hierin een belangrijke rol gehad.”

Tips voor 1e beheerders

“Het is belangrijk om het aanvraagproces intern goed te organiseren.” Körnmann geeft met zijn ervaring de volgende tips om als 1e beheerder te regelen:

  • Een gebruikersoverzicht. Maak een opschoonlijst van accounts. En leg vast welke functies recht hebben op het gebruik van vastgoeddiensten. De exportfunctie in Mijn Kadaster helpt hier heel goed bij.
  • Een procesbeschrijving van je eigen organisatie. Hoe verloopt het aanvraagproces en hoe is ondersteuning geregeld.
  • Een stappenplan. Zo zien gebruikers snel wat ze moeten regelen.

Logisch dat Kadaster overgaat op eHerkenning

“Vanuit mijn rol als 1e beheerder blijf ik eHerkenning onder de aandacht brengen. Als overheidsorganisatie met overheidsinformatie vind ik het gebruik van eHerkenning een logische stap. Veilig en met persoonsidentificatie. eHerkenning heeft meerdere doelen, het is ook inzetbaar bij andere overheidsorganisaties. Dat is mijn verhaal naar gebruikers bij Rijkswaterstaat, zonder al te technisch te worden. Voor mij is het ook heel logisch dat het Kadaster overgaat op eHerkenning. En binnen mijn organisatie kan ik daar nu ook op sturen vanuit mijn functie.”

Meer informatie over het Kadaster en eHerkenning

Inloggen met eHerkenning wordt verplicht voor een aantal diensten van het Kadaster. Meer informatie over wat u moet regelen om met eHerkenning in te loggen leest u op de pagina eHerkenning.

Grondeigenaren zelf aan zet bij kavelruil Weerterland

In de omgeving van Weert is de afgelopen 1,5  jaar 128 hectare grond van eigenaar gewisseld. Hoe is deze kavelruil verlopen? We vroegen het projectleiders Eric Collin en Dré Stoffels.

Verkavelen is geen langdurig proces meer

Nog steeds denken veel mensen dat het verkavelen van het buitengebied een log en langdurig proces is. Dat is allang niet meer zo. In de omgeving van Weert zijn de afgelopen anderhalf jaar 8 kavelruilakten gepasseerd. Alle ruilingen waren op vrijwillige basis en grondeigenaren en andere belanghebbenden ontwierpen samen de ruilplannen. Agrarisch adviesbureau Arvalis en het Kadaster stonden hen als verkavelingsdeskundigen bij.

Voordeel voor agrarische bedrijven en voor het waterschap 

Deze kavelruil moest vooral de situatie van agrarische bedrijven in de gemeenten Weert, Nederweert en Leudal verbeteren. Zoals het beter aansluiten van kavels waardoor deze makkelijker bewerkt kunnen worden en dichter bij de boerderij liggen. Ook het waterschap had voordeel van de ruilingen. 8 hectare grond is naar de juiste plek geruild voor verbeteringen aan het riviertje de Aa. 

Het kost veel moeite om het op gang te krijgen, maar als het eenmaal draait, blijft het in beweging.

Dré Stoffels - projectleider Arvalis

Vrijwillige methode met veel inbreng van eigenaren

Eric Collin, projectleider bij het Kadaster: “Deze aanpak van grondruil noemen we ‘Verkavelen voor Groei’. Dit is een vrijwillige methode waarbij eigenaren zelf het ruilplan maken. Overheden schuiven aan op basis van gelijkwaardigheid. Overheden kunnen publieke gebiedsdoelen als wens inbrengen, maar deze niet  voorschrijven. Met deze aanpak hebben we de afgelopen 10 jaar bijna 1000 hectare verkaveld in Limburg.”

Na een langzame start toch goed op gang

Dré Stoffels heeft als projectleider vanuit Arvalis bijgedragen aan het kavelruilproces. “Toen we in 2021 begonnen, konden we vanwege coronabeperkingen geen bijeenkomsten organiseren. Voor de digitale bijeenkomsten was weinig belangstelling. Daardoor hadden we een langzame start. Na een halfjaar was er nog maar 5 hectare geruild. We hebben de stuurgroep toen wel moeten overtuigen dat het toch goed was om door te gaan. Ik gebruik graag de metafoor van het vliegwiel. Het kost veel moeite om het op gang te krijgen, maar als het eenmaal draait, blijft het in beweging.”

Ruilingen volgden elkaar op

Collin vult aan: “Na de eerste ruiling volgde al snel een nieuwe ruiling. Een paar grondeigenaren wilden land voor geld ruilen, waardoor er voor anderen meer grond beschikbaar kwam. Boeren die eerst afwachtend waren, zagen aan de eerste ruilingen dat er zeker voordeel te behalen viel. Bij elke afgeronde ruiling hadden we weer een tastbaar resultaat. Zo konden we ook aan de stuurgroep duidelijk maken dat we de goede dingen aan het doen waren.” Stoffels: “En de mensen in de streek vinden het een succes. Dat hoor ik als ik ze spreek.”

Afronding van het programma

In maart 2023 is de laatste kavelruil bij de notaris beklonken. Nu loopt nog de financiële afronding en de definitieve aanvraag voor de subsidievaststelling. Het grootste deel van de projectkosten wordt namelijk betaald uit een Europese subsidiepot voor plattelandsontwikkeling.

Uitvoeringsprogramma Platteland In Ontwikkeling 

De kavelruil in dit gebied is onderdeel van het Uitvoeringsprogramma Platteland In Ontwikkeling (PIO) Weerterland. De provincie Limburg riep belanghebbenden in de provincie op om samen plannen te ontwikkelen voor verbeteringen in het landelijke gebied. In het gebied rond Weert is die handschoen opgepakt door de Limburgse Land- en Tuinbouwbond, Natuurmonumenten, 3 gemeenten (Nederweert, Weert en Leudal), het Waterschap Limburg en de provincie Limburg. Zij stelden een gezamenlijke stuurgroep in voor de coördinatie ervan. 

Meer dan kavelruil

Het uitvoeringsprogramma is veel breder dan alleen de kavelruil. Zo was er als aftrap van het programma de aanplant van een houtwal om een betere leefomgeving voor akkervogels te maken. Andere projecten hadden bijvoorbeeld te maken met beekherstel, vermindering van wateroverlast en droogte en versterking van het landschap.

Terzake

Dit artikel komt uit het Kadastermagazine Terzake van juli 2023.

  • Meer artikelen lezen? Ga naar de pagina Terzake.
  • Wilt u maandelijks de digitale Terz@ke in uw mailbox ontvangen? Meld u dan aan voor onze nieuwsbrief

Meer informatie

  • Bij plannen voor de herinrichting van een gebied, is betrouwbare informatie nodig. Wij hebben die informatie. U kunt bij ons terecht voor advies en ondersteuning bij gebiedsontwikkeling. Lees verder op de pagina Advies op maat.
  • Lees meer over de vernieuwende,  gebiedsgerichte manier van verkavelen op de pagina Verkavelen voor groei.